Dapper

Dapper

Hij kan immens stoer doen, de jongste. Met uitspraken als ‘Ik ben de beste, ik ben Messi’ en ‘ik zit al in groep 2 hoor’ maakt hij dan ook grote indruk op de meisjes en ietwat verlegen jongens uit zijn klas. Hij kan heel hard rennen, trapt met forse kracht tegen een voetbal en waar de andere kinderen via de poort het schoolplein verlaten, klimt zoonlief steevast over het hek.

Onze vijfjarige bink fietste al op driejarige leeftijd zonder zijwieltjes en kreeg het met vier lentes voor elkaar zijn vriendinnetje – die vijf straten verderop woont – te verrassen met een flitsbezoek. Dit terwijl het thuisfront in de veronderstelling was dat hij rondjes om de blok fietste. Stoer dus, zou je denken. Denken inderdaad, want eigenlijk is hij een heel gevoelig en zachtaardig ventje, onze jongste.

Voetbal

Want hoewel hij dol, dol, dol is op voetbal, een van zijn eerste woordjes ‘bal’ was en hij te pas en te onpas aan wie dan ook vraagt: ‘voor wie ben jij? Voor Feyenoord of voor PSV?’ en ‘zullen we een potje voetballen? Of dammen?’ vindt hij het elke week weer heel spannend om richting sportpark te gaan.

Aldaar blijft dan ook weinig over van onze Boxtelse Messi. Hoewel hij zowat geboren is met een bal aan de voet en twee keer per week richting voetbalclub huppelt, bevriest hij zodra hij het veld betreedt. Huilend klampt hij zich vast aan moeder, vader of hek en roept kreten als: ‘ik wil niet meer voetballen’ en (heel venijnig): ‘als ik van jou moet trainen ben ik voor Ajax.’

Stoer

Maar onze dappere kerel hobbelt, ondanks nare gedachten over balverlies en gemiste doelpogingen, toch richting cornervlag om een bal te halen. Om mee te dribbelen, op doel te schieten en een oefenpartijtje met de andere Messi’s, en Ronaldo’s te spelen. En dat maakt hem pas echt stoer. Dapper ook. Want hij vindt het heel spannend, al die grote jongens die de bal afpakken en hem ervan weerhouden wereldgoals te maken. Toch gaat hij, eens, en in een goede week twee keer per week, naar de voetbalclub. Met zijn kop in de wind, zijn borst vooruit en met een beetje goede wil zijn juiste been.

Messi

Op woensdag laat in de middag, als mijn vijfjarige superheld zijn interne strijd voert en toch een partijtje mee balt, ben ik de meest trotse moeder ooit. Dan besef ik: hij komt er wel, onze Messi. En kijk ik reikhalzend uit naar zijn wensen en dromen voor de toekomst. Want die gaat hij allemaal waarmaken.

Maar eerst gaat hij vast nog onmetelijk veel potjes voetballen. En dammen.